Aanleiding en vraag van de verkenning
Nederland moet verduurzamen. Onze energievoorziening, ons voedselsysteem en onze economie zullen de komende decennia fors veranderen. Ook zullen wij ons aan de klimaatverandering moeten aanpassen. Aan deze vier opgaven wordt door verschillende overheidslagen gewerkt, maar de uitvoering komt samen in de regio. Hier ontstaan de raakvlakken, de overlap en de spanningsvelden, tussen de vier opgaven onderling maar ook met de ‘eigen’ regionale opgaven. De Rli heeft in de Zuidwestelijke Delta verkend wat dit betekent voor de aanpak van de verduurzaming van Nederland.
Realisatie duurzaamheidsopgaven nog in beginfase
De Rli heeft in de Zuidwestelijke Delta gekeken naar de vier duurzaamheidsopgaven die een grote impact op deze regio zullen krijgen: de energietransitie, de voedseltransitie, de transitie naar een circulaire economie en de aanpassing aan klimaatverandering. Deze opgaven zorgen voor grote veranderingen in de regio. Te denken valt aan: ombouw van de industrie, overgang naar grootschalige opwekking van duurzame energie, verduurzaming van de bestaande woningvoorraad en de recreatiesector, voorzieningen die beschermen bij hoogwater en droogte, en omschakeling naar kringlooplandbouw. In de Zuidwestelijke Delta dragen al diverse initiatieven bij aan het verwezenlijken van deze structurele veranderingen. De meeste initiatieven zijn echter nog kleinschalig. De resultaten ervan zijn beperkt in verhouding tot de doelen die in 2050 moeten worden behaald. De aanpak van de duurzaamheidsopgaven verkeert dus nog in de beginfase.
Nog weinig inhoudelijke samenhang tussen opgaven zichtbaar
De verduurzaming in de regio bestaat nu nog overwegend uit beleidsvoornemens. Inhoudelijke samenhang tussen de opgaven, en met regionale opgaven, blijft daardoor onzichtbaar. Zodra de realisatie van de verschillende opgaven op stoom komt, zal hier verandering in komen. De raad verwacht dat in de nabije toekomst steeds meer behoefte ontstaat aan een samenhangende aanpak, zowel inhoudelijk als procesmatig. Door vraagstukken goed met elkaar te verbinden zullen namelijk unieke kansen ontstaan. Een voorbeeld hiervan is de aanleg van een getijdecentrale in een waterkering die moet worden aangepast voor de klimaatadaptatie. Omgekeerd kunnen er belemmeringen ontstaan bij de samenloop van verschillende transities, bijvoorbeeld als ze concurreren om ruimte, geld, arbeid of politieke aandacht. Door opgaven slim te combineren kan hier bijtijds op worden ingespeeld.
Voorwaarde: samenwerking in de regio op orde
De raad constateert dat er een impuls nodig is om de slagkracht in de regio te versterken. Versnelling en opschaling in de aanpak van de opgaven is nodig. Bovendien constateert de raad dat de regio beter moet inspelen op de groeiende samenhang tussen de opgaven. Om beide voor elkaar te krijgen is een sterk regionaal systeem van samenwerkende overheden, marktpartijen, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties een belangrijke randvoorwaarde.
Conclusie: versterk regio’s langs vijf lijnen
De raad concludeert dat een samenhangende aanpak in de regio vereist is. De raad onderscheidt vijf – onderling samenhangende – lijnen waarlangs gewerkt kan worden aan de versterking van die samenhangende aanpak van duurzaamheidsopgaven op regionaal niveau:
- Het Rijk en de regio beter met elkaar verbinden: de regio kan de duurzaamheidsopgaven niet zonder het Rijk realiseren, omgekeerd heeft het Rijk de regio daarvoor nodig. De raad pleit voor een meer actieve betrokkenheid van het Rijk in de regio. De Rli roept Rijk en regio ook op als gelijkwaardige partners aan de opgaven te werken.
- De samenleving meer betrekken bij opgaven en oplossingen: de Rli is voorstander van een gebiedsgerichte benadering waarbij de overheid actief met burgers in dialoog gaat over de aanpak van de opgaven in zijn leefomgeving.
- Duurzaamheidsopgaven benutten als kans voor de aanpak van regionale opgaven: verduurzaming wordt vaak gezien als een bedreiging voor de regio. De Rli constateert dat de duurzaamheidsopgaven juist een kans bieden om de eigen opgaven van de regio aan te pakken.
- Gericht werken aan innovatie en kennisopbouw voor verduurzaming: het is belangrijk dat de kennisontwikkeling en het opleidingsaanbod nauw aansluit op het regionale arbeidsmarktbeleid om de opgaven te kunnen aanpakken.
- Ontwerpkracht gebruiken om de samenhang tussen opgaven invulling te geven: het inzetten van ontwerpkracht in het proces van visievorming, beleidsontwikkeling en uitvoering kan helpen om de samenhang tussen opgaven in beeld te brengen.
Publicatiedatum
Op 26 maart 2019 is het rapport ‘De som der delen: verkenning samenvallende opgaven in de regio’ aangeboden aan Han Polman Commissaris van de Koning van de provincie Zeeland.
Commissaris van de Koning van provincie Zeeland, Han Polman (l), neemt de verkenning in ontvangst met Co Verdaas (m) raadslid, en Jan Jaap de Graeff (r) voorzitter Rli . Foto Mark Neelemans
Werkconferentie 11 september 2019
Regio 2050: Werken aan een duurzame toekomst
Op 11 september 2019 organiseerde de Rli de werkconferentie ‘Regio 2050, werken aan een duurzame toekomst’. In de werkconferentie werden de verschillende signalen uit de verkenning verdiept. Een belangrijke vraag daarbij was: hoe organiseer je in jouw regio dat opgaven in samenhang worden aangepakt? Vertegenwoordigers van Rijk en regio spraken over de wijze waarop zij dit doen of zouden willen doen, en wat daarbij nodig is. Daarna kon men kiezen uit zes workshops die in samenwerking met PBL, SCP, SER en RIVM werden georganiseerd waarin steeds één thema verder wordt uitgediept.
Lees het verslag van de werkconferentie Regio 2050
Bekijk de foto’s van de werkconferentie
Informatie of reactie
Voor meer informatie over de verkenning kunt u contact opnemen met Tim Zwanikken, projectleider, tim.zwanikken@rli.nl, telefoon: 06 5287 4404.
De som der delen
Nederland staat voor een aantal grote beleidsopgaven om de samenleving en de economie te verduurzamen. Aan deze duurzaamheidsopgaven wordt in Nederland op verscheidene schaalniveaus gewerkt: nationaal, regionaal en lokaal. Vooral op het niveau van de regio bestaan er raakvlakken tussen de opgaven, niet alleen onderling maar ook met andere, ‘eigen’ regionale opgaven. Het valt te verwachten dat deze opgaven op termijn steeds meer met elkaar zullen gaan samenvallen. Deze verkenning gaat over de vraag wat dit betekent voor de aanpak ervan. Deze vraag wordt toegespitst op de regio Zuidwestelijke Delta. De Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (hierna: de raad) heeft gekeken naar vier duurzaamheidsopgaven die op dit moment een grote impact hebben op deze regio: de energietransitie, de voedseltransitie, de transitie naar een circulaire economie en de klimaatadaptatie.
Realisatie duurzaamheidsopgaven nog in beginfase
De genoemde vier duurzaamheidsopgaven zijn urgent en vragen om structurele aanpassingen. Dit geldt ook voor de Zuidwestelijke Delta. Daar hebben de benodigde aanpassingen onder meer betrekking op: ombouw van de industrie, overgang naar grootschalige opwekking van duurzame energie, verduurzaming van de bestaande woningvoorraad en de recreatiesector, adaptatie van de leefomgeving aan het veranderende klimaat en omschakeling naar kringlooplandbouw. In de regio dragen al diverse initiatieven bij aan het verwezenlijken van deze opgaven. De meeste initiatieven zijn echter kleinschalig en beperken zich tot één specifieke duurzaamheidsopgave. De resultaten ervan zijn beperkt in verhouding tot de doelen die in 2050 moeten worden behaald. De aanpak van de duurzaamheidsopgaven verkeert dus nog in de beginfase.
Nog weinig inhoudelijke samenhang tussen opgaven zichtbaar
De verduurzaming in de regio bestaat nu nog overwegend uit beleidsvoornemens. Zodra de realisatie van de verschillende opgaven op stoom komt, zal de samenhang ertussen zichtbaarder worden. De raad verwacht dan ook dat er in de nabije toekomst behoefte ontstaat aan een meer samenhangende aanpak, zowel inhoudelijk als procesmatig. Er kunnen zich dan unieke kansen voordoen door vraagstukken met elkaar te verbinden. Maar er kunnen ook situaties ontstaan waarin prioriteiten moeten worden gesteld, ten koste van bepaalde belangen. Daarnaast kan er beleidsconcurrentie tussen duurzaamheidsopgaven ontstaan. Politieke en beleidsmatige aandacht zijn immers lastig te verdelen als er sprake is van een veelheid aan opgaven. Het is belangrijk om tijdig op dit soort bedreigingen te anticiperen.
Zwakke schakels in de regio
De raad constateert dat er een impuls nodig is om te zorgen dat er met tempo en slagkracht wordt gewerkt aan de structurele veranderingen die nodig zijn om de duurzaamheidsdoelen te halen. Versnelling en opschaling in de aanpak van de afzonderlijke opgaven is nodig, met oog voor de samenhang tussen die opgaven. Een sterk regionaal systeem van samenwerkende overheden, marktpartijen, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties vormt een belangrijke randvoorwaarde om te kunnen inspelen op een groeiende samenhang tussen de opgaven. De raad signaleert een aantal zwakke schakels in dit regionale systeem. Deze kunnen in de nabije toekomst een samenhangende aanpak van duurzaamheidsopgaven in de weg staan. Het gaat om zwakke schakels in de aansturing, het kennis- en innovatiesysteem, de arbeidsmarkt, de erkenning van de maatschappelijke impact van de duurzaamheidsopgaven, de omgang met gevestigde belangen en de governance van de verduurzaming.
Conclusie: verbind actoren en opgaven, zet in op innovatie en gebruik ontwerpkracht
De raad concludeert dat een samenhangende aanpak in de regio’s vereist is. Op basis van de bevindingen en analyse ziet de raad vijf – onderling samenhangende – lijnen waarlangs gewerkt kan worden aan de versterking van een samenhangende aanpak van duurzaamheidsopgaven op regionaal niveau:
- het Rijk en de regio beter met elkaar verbinden;
- de samenleving meer betrekken bij opgaven en oplossingen;
- duurzaamheidsopgaven benutten als kans voor de aanpak van regionale opgaven;
- gericht werken aan innovatie en kennisopbouw voor verduurzaming; en
- ontwerpkracht gebruiken om de samenhang tussen opgaven invulling te geven.