De GedragsToets 2.0

De GedragsToets maakt onderdeel uit van het advies ‘Doen en laten, effectiever milieubeleid door mensenkennis’ maart 2014.

De GedragsToets helpt beleidsmakers om inzicht te krijgen in welke gedragsbepalende factoren een rol spelen bij het ontwikkelen van milieubeleid. Spelenderwijs worden inzichten vertaald naar mogelijke aanpakken voor de beleidsopgave en ideeën voor instrumenten. 

De GedragsToets bestaat uit een spel van 130 kaarten en wordt ondersteund met een digitale companion app. Het kan gespeeld worden met 3 tot 6 personen, bij voorkeur onder begeleiding van een ervaren spelleider die de spelregels kent en kennis heeft van gedrag. De online companion app is onderdeel van het spel en helpt bij  het doorlopen van De GedragsToets. De bijbehorende digitale companion app helpt de spelers bij het doorlopen van de toets, biedt uitleg en helpt de spelresultaten samen te vatten. De companion app bevat ook een introductievideo.

Download videobestanden

Uitgeschreven tekst

(Een animatie. Voice-over:)

STILTE

VOICE-OVER: Wil je leren welke gedragsfactoren een rol spelen bij een bepaald gedrag?
Ben je benieuwd hoe gedrag van mensen inwerkt op de effectiviteit van beleid?
En welk beleid werkt in welke situatie?
De Raad voor de leefomgeving en infrastructuur heeft in het advies 'Doen en laten' de wetenschappelijke kennis over gedrag gekoppeld aan het maken van effectiever beleid.
Het Rli-advies biedt een analytische benadering waarmee bepaald kan worden welke gedragsfactoren een rol spelen bij een bepaald beleidsprobleem en hoe met die kennis het gedrag het beste beïnvloed kan worden.
De GedragsToets is een handig hulpmiddel dat de beleidsmakers spelenderwijs meeneemt in deze analyse.
In korte tijd verwerf je begrip van hoe menselijk gedrag werkt en ontwikkel je gezamenlijk ideeën om beleidsdoelen te verwezenlijken.
Er bestaan vele factoren die bepalen hoe een mens zich gedraagt.
De Rli heeft op basis van al die kennis de werking van menselijk gedrag geschematiseerd.
We onderscheiden de volgende soorten factoren die het gedrag van mensen beïnvloeden.
Bekwaamheden gaan over de mate waarin mensen het gewenste gedrag kennen en kunnen uitvoeren.
Motieven zijn persoonlijke drijfveren van mensen.
Omstandigheden betreffen de context waarin mensen zich bevinden.
Keuzeprocessen zijn bewuste en onbewuste manieren waarop gedrag tot stand komt.
De Rli heeft voor deze schematisering gekozen omdat die aan de ene kant helpt om het gedrag te begrijpen en aan de andere kant rechtstreeks aanknopingspunten biedt voor het ontwerpen van beleid.
Enkele voorbeelden van hoe gedragsfactoren werken.
Beleid om mensen op de fiets te krijgen heeft weinig zin als mensen niet kunnen fietsen.
Persoonlijke drijfveren en emoties spelen ook een rol.
Als mensen bijvoorbeeld blij worden van natuur, dan zullen zij eerder bereid zijn om een bijdrage te leveren aan de zorg voor natuur.
De sfeer van de omgeving lokt gedrag uit.
Een rommelige omgeving nodigt bijvoorbeeld uit om afval gewoon op straat te gooien.
Maar ook de vormgeving van de omgeving bepaalt het gedrag.
Op een smalle weg rijden mensen langzamer.
Mensen schatten de kans dat iets voorkomt bijvoorbeeld een nucleaire ramp, in op basis van het gemak waarmee ze zich de gevolgen daarvan voor de geest kunnen halen.
Wat doet De GedragsToets?
Uitgaande van het beleidsprobleem word je stapsgewijs bij de hand genomen om bepalende gedragsfactoren te identificeren te leren hoe je daarop kan sturen en gezamenlijk te zoeken naar effectieve beïnvloedingsmethoden en -instrumenten.
Hoe werkt De GedragsToets?
De spelers doorlopen samen acht spelstappen.
Daarbij worden ze ondersteund door de digitale companion app die bij het spel is toegevoegd.
Deel I: Analyse van gedrag.
Stap 1: Het beleidsprobleem voorbereiden.
Iemand bereidt een beleidsprobleem voor aan de hand van kaartjes met vragen.
Zorg ervoor dat het beleidsprobleem concreet en duidelijk staat.
Stap 2: Hoofdlijnen van gedrag.
Kaartjes met hoofdlijnen van gedrag worden besproken en al dan niet omgedraaid.
Stap 3: Gedragsfactoren identificeren.
Discussieer met de groep welke gedragsfactoren bepalend zijn voor het beleidsprobleem en leg de kaarten weg die niet van toepassing zijn.
In stap 4 neem je een welverdiende pauze.
Deel I is nu achter de rug.
Je weet welke hoofdlijnen van gedrag en gedragsfactoren relevant zijn voor het gewenste gedrag.
Deel II: Hoe willen we het gewenste gedrag bereiken?
Stap 5: Hoe aanpakken?
Bij de relevante gedragsfactoren horen specifieke manieren van aanpak.
Plaats de bijbehorende manieren onder de gedragsfactoren.
Cluster de manieren van aanpak naar type beïnvloedingsmethode.
De volgende beïnvloedingsmethoden worden onderscheiden.
Aantrekkelijk maken, afdwingen, duidelijkheid creëren gemakkelijk maken, kosten en baten veranderen laten ervaren en vergelijken met anderen.
Leg de kaarten met dezelfde iconen bij elkaar.
Stap 6: Bedenken van instrumenten.
Kijk per beïnvloedingsmethode of er verbanden zijn tussen de mogelijke aanpakken.
Met behulp van de invulformulieren ga je samen met de groep brainstormen om verschillende instrumenten te bedenken.
Stap 7: Beoordelen van ideeën voor instrumenten.
Weeg en beoordeel de ontwikkelde ideeën op de beoordelingsmatrix.
Houd rekening met verschillende criteria zoals haalbaarheid, betaalbaarheid effect en de duur van het effect.
Stap 8: Conclusie.
Aan de hand van stap 7 concludeer je welke instrumenten het meest kansrijk zijn en zet je daar een ster bij.
Als laatste evalueer je het beleidsprobleem en de gekozen instrumenten.
Na het spelen van het spel heb je een duidelijk gestructureerd overzicht van alle relevante gedragsfactoren, aanpakken en instrumenten die kunnen helpen om het gewenste gedrag te bevorderen.

(Beeldtekst: Rli, Raad voor de leefomgeving en infrastructuur. Geproduceerd door Monkeybizniz.)

Let op: de GedragsToets 2.0 richt zich op individueel gedrag en is dus niet zonder meer toepasbaar voor gedrag van organisaties (bijvoorbeeld bedrijven).