Doorpakken in waterveiligheid, risico’s nemen toe!

Overstromingen hebben grote gevolgen. Die gevolgen zijn omvangrijker dan vroeger: meer slachtoffers en grotere economische schade. Schade aan eigendommen, maar ook maatschappelijke ontwrichting en schade aan economische sectoren, omdat handel en productie stil komen te liggen. Hoge en sterke dijken blijven belangrijk om ook in de toekomst veilig te zijn, maar dat is niet meer voldoende. Ook andere maatregelen zijn nodig. De Raden voor de leefomgeving en infrastructuur pleiten in hun gezamenlijke advies ‘Tijd voor waterveiligheid’ voor het verleggen van de focus van hoogwaterbescherming naar een risicobenadering: voorkomen van overstromingen, beheersen van de gevolgen en voorbereid zijn op noodhulp en herstel. Het advies is vandaag aangeboden aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, de heer J.J. Atsma.

De raden pleiten voor een strategie waarin het beperken van overstromingsrisico’s centraal staat en waarin de verantwoordelijke overheden – Rijk, provincies, gemeenten, waterschappen en veiligheidsregio’s – zich permanent inspannen om de waterveiligheid te verbeteren. De staatssecretaris geeft met de aanpak van meerlaagsveiligheid in het Nationaal Waterplan al een goede aanzet voor een risicobenadering. Maar de raden constateren dat in de praktijk het accent met name ligt op hoogwaterbescherming en het voldoen aan de normen voor dijken, en te weinig op de gevolgen voor de veiligheid van het gebied achter die dijken. Ook is er weinig oog voor een snel herstel na een overstromingsramp. Dat vraagt om een perspectiefwisseling in het beleid. Dat vraagt ook om meer duidelijkheid in de verantwoordelijkheden van deze overheden en om een goed samenspel.

Het Rijk is er in de visie van de raden voor verantwoordelijk dat maatschappelijke ontwrichting wordt voorkomen en bepaalt waar de risico’s het grootst zijn en welke het eerst moeten worden aangepakt. De regionale overheden bepalen hoe en met welke maatregelen de risico’s in hun dijkring verminderd kunnen worden. In die afweging kunnen alle maatregelen worden betrokken die worden genoemd in de Europese richtlijn overstromingsrisico’s : schadepreventie, hoogwaterbescherming, paraatheid, noodmaatregelen en herstel. Gedacht kan worden aan bepaalde laaggelegen plekken niet bebouwen, vitale functies zoals energiecentrales en ziekenhuizen alleen bouwen op de veiligste plekken, de burger goed voorbereiden en informeren over vluchtplaatsen of evacuatieroutes, zorgen dat ICT-voorzieningen blijven functioneren, of het treffen van voorbereidingen voor een snel herstel na een ramp. Alleen dan blijven maatschappelijke gevolgen zo beperkt mogelijk.

De raden verwachten dat deze manier van werken leidt tot een effectievere en efficiëntere besteding van de beschikbare middelen. Dit sluit ook aan bij de afspraken die zijn gemaakt in het Bestuursakkoord Water.

Een belangrijke voorwaarde voor beter waterveiligheidsbeleid is wel dat een nieuwe norm voor primaire waterkeringen wordt gesteld. Nu zijn die normen gebaseerd op de kans dat het water boven de dijk uitstijgt (overschrijdingskans). De raden pleiten voor een norm op basis van de kans dat door het bezwijken van de dijk door welke oorzaak dan ook, het gebied achter de dijk onder water komt te staan (overstromingskans). De raden adviseren de staatssecretaris die overstap op korte termijn te maken. De komende twee jaar moeten worden benut om een geïntegreerde aanpak op basis van een risicobenadering verder uit te werken en een implementatietraject met de betrokken partijen af te spreken.

Noot voor de redactie

Het advies ‘Tijd voor waterveiligheid’ is vanaf 15 september 2011 beschikbaar via de website www.rli.nl. Bij het advies is een korte film verschenen waarin de inhoud van het advies wordt uitgelegd. U kunt deze film via de website kunt bekijken. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met secretariaat@rli.nl, projectleider, telefoon: 06 1536 9144 of miep.eisner@rli.nl, communicatieadviseur, telefoon: 06 1536 9339.

Algemene informatie

De Raad voor het Landelijk Gebied, de Raad voor Verkeer en Waterstaat en de VROM-raad zijn de strategische adviesraden voor regering en parlement op het gebied van de fysieke leefomgeving. De raden worden ondersteund door het secretariaat raden voor de leefomgeving en infrastructuur (RLI).

RLI, Nieuwe Uitleg 1, Postbus 90653, 2509 LR, Den Haag, telefoon: 070 4562070