De Raad geeft in het advies een reeks verbetervoorstellen voor de overheidscommunicatie. Er moet door de overheden structureel geld worden vrijgehouden voor communicatie en de overheden moeten tijdig beslissen met wie en op welke wijze ze gaan communiceren. Ook vraagt de Raad meer aandacht voor natuur- en milieueducatie en cultuurhistorische educatie. De Raad signaleert dat er de laatste tijd bij de Waddenoverheden wel meer aandacht is voor communicatie, maar onduidelijk is of het KCOW zelf daarbij een rol speelt. De Raad is van mening dat het plan consequent moet worden toegepast.
Het RCW en KCOW
In het RCW zijn de verschillende Rijks-, provinciale en gemeentelijke overheden in het Waddengebied vertegenwoordigd. Het RCW heeft in 1997 het KCOW vastgesteld. De doelstelling van dit Kaderplan is dat de bij de Waddenzee betrokken overheden professioneel en op de verwachtingen van de omgeving afgestemd communiceren. Daartoe zijn in het KCOW richtlijnen voor de handelwijze van de overheid opgenomen. Drie vormen van overheidscommunicatie worden daarbij onderscheiden, namelijk communicatie bij de ontwikkeling en de uitvoering van beleid (beleidscommunicatie), voorlichting en natuur- en milieueducatie (NME).
Na bijna zes jaar is het KCOW geëvalueerd door een evaluatiecommissie die is samengesteld door het RCW. De doelstelling van de evaluatie was om te bezien of het KCOW heeft bijgedragen aan een verbeterde communicatie tussen overheid en betrokkenen in het Waddengebied. Deze evaluatie was voor het RCW aanleiding om de Raad voor de Wadden advies te vragen over het evaluatierapport.
De Raad voor de Wadden
De Raad voor de Wadden heeft een wettelijke taak als onafhankelijk adviescollege en is ingesteld door het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Zijn primaire taak is om gevraagd en ongevraagd adviezen uit te brengen over bestaand, nieuw en toekomstig beleid, dat zowel direct als indirect met het Waddengebied te maken heeft.